Terug naar boven

Nederzetting uit de bronstijd te Nijnsel

In Nijnsel (Sint-Oedenrode) zijn bewoningssporen gevonden van een tijdelijk kampement uit de Midden-Steentijd. De jagers en verzamelaars leefden in die periode niet permanent op een plek, maar zwierven rond. De eerste echte nederzetting dateert uit de Bronstijd, rond 1500 voor Christus en lag op een hoge, smalle zandrug aan het dal van de Dommel. In Het Groene Woud waren in de Bronstijd ook vaste nederzettingen in Son, Aarle en Loon op Zand. (Foto A)

Het belangrijkste gebouw van de nederzetting te Nijnsel was een grote boerderij die eenzelfde plattegrond heeft als een van de huizen in Loon op Zand. Deze boerderijen hadden een drieschepig grondplan, met een breed middenschip en smalle zijbeuken. De afmetingen van de plattegrond te Nijnsel waren zeventien bij zes meter, die van Loon op Zand 20,5 bij 7,5 meter. De buitenwand van de boerderij te Nijnsel bestond uit palen die met vlechtwerk verbonden waren en met leem bestreken. Waarschijnlijk hadden de boerderijen van Nijnsel en Loon op Zand een schilddak.

Ten noordwesten van het hoofdgebouw in Nijnsel stond nog een grote schuur van zeven bij 3,5 meter. Rondom de grote boerderij stonden bijgebouwen (niet alle gebouwen op de opgravingsplattegrond stonden gelijktijdig op het erf). Ook is een haard gevonden. Het meest opvallend was een ronde constructie die waarschijnlijk een schaapskooi was. In Loon op Zand zijn in de boerderij tussenwandjes aangetroffen die vermoedelijk het woondeel en het staldeel scheidden. Daar wijzen de stalboxen in de plattegrond indirect op het houden van grote huisdieren. (Foto B)

De overige gebouwen in Nijnsel zijn vierkante of rechthoekige schuurtjes geweest, zogenaamde spiekers. Dat zijn bouwwerkjes op vier of zes palen en met een verhoogde vloer voor de opslag van graan en hooi. Deze spiekers ontbreken in Loon op Zand. Daar heeft men de gewassen mogelijk in de boerderij zelf opgeslagen. In Loon op Zand is ook een kuil gevonden die in afgesloten toestand als graansilo had gediend.

De donkere vlekken op de opgravingsplattegrond zijn sporen van kuilen. Hierin wordt soms ook nederzettingsmateriaal gevonden. De sporen in Nijnsel bevatten ook verkoolde organische resten en een gering aantal scherven. In de verbrande laag graan van één van de voorraadkuilen zat een schoon mengsel van gerst en emmertarwe en wat gierst.[1]

 

[1] Theunissen, Midden-bronstijdsamenlevingen, zie www.sidestone.com/library/midden-bronstijdsamenlevingen-in-het-zuiden-van-de-lage-landen; en www.thuisinbrabant.nl/geschiedenis/eerste-bewoners/bronstijd/nederzettingen/nijnsel.