Terug naar boven

Kartuizerhoeve Het Groot Duijfhuis

De middeleeuwse hoeve Ten Acker ligt aan de Dommel op Kasteren in Liempde en staat bekend als de kartuizerhoeve Het Groot Duijfhuis. Andere benamingen voor deze hoeve zijn ten Ecker, de Hoeve opt Water of de Grote Hoeve.[1] Deze huidige naam is in gebruik sinds de bouw van de stenen duiventoren in 1661.

De geschiedenis van deze hoeve gaat terug tot rond 1380, toen Jan van Derentheren uit ’s-Hertogenbosch de hoeve in erfpacht gaf aan Reinier Janss. van Vinkenschoot.[2] Op 30 november 1471 schonk de Bossche kanunnik Ludolf van de Water deze hoeve samen met een aantal andere hoeven in Olland, Gemonde, Son en Den Dungen aan het kartuizerklooster Sinte Sophia van Constantinopel dat hij in 1466 in Olland had gesticht.[3] (FotoA, B en C)

De kartuizers verpachtten in 1477 de hoeve Ten Acker voor acht jaar aan Klaas van Herenthom en zijn zoon Joest. Het pachtcontract noemt producten als rogge, raapzaad, vlas, turf, eieren, elzenpoten, wilgenpoten, vee, bijen en bijenkorven en duizend hopkuilen. De pachters van de kartuizerhoeve waren geen kleine pachtboeren. Zij dienden voldoende kapitaalkrachtig te zijn om de helft van de veestapel zelf in te brengen. Dergelijke pachtcontracten ‘te halven’ waren in deze periode in de Meierij erg gangbaar.

In 1523 bouwden de kartuizers vanuit Vught een ‘Heerenkamer’ tegen de bestaande boerderij aan. Twee jaar later voegden zij er een Vlaamse schuur aan toe. Zowel die aangebouwde herenkamer als deze schuur maken nog steeds deel uit van het gebouwencomplex dat Het Groot Duifhuis uitmaakt. De naam Vlaamse schuur voor dit type schuur met een zijlangsdeel is bedacht door de boerderijonderzoeker R.C. Hekker (1917-1990). In Vlaanderen staan namelijk nog steeds enkele abdij(graan)schuren die de kenmerken hebben van een zijlangsdeelschuur.[4]

De schuur bij Het Groot Duijfhuis moet in of kort na 1525 zijn gebouwd en is de oudste Vlaamse schuur van Nederland. Alle telmerken en balken zitten nog precies op de plaats waar ze horen. Dit bewijst dat de schuur sinds de bouw niet gewijzigd is of gedemonteerd. Tot nu toe werd aangenomen dat dergelijke schuren pas na 1600 werden gebouwd.[5] (Foto D tot en met G)

Op 22 februari 1659 verkochten de kartuizers Het Groot Duijfhuis met de aangrenzende hoeve op Kasteren en de kartuizerhoeve in Olland aan Pieter Lus voor een bedrag van 50.300 gulden. Hij verbouwde Het Groot Duijfhuis en zette er een grote duiventoren bij van drie verdiepingen. (Foto H en I)

Duiven werden gehouden voor de mest en voor consumptie. De vierkante of ronde duiventorens hadden goten, waardoor de duiven konden in- en uitvliegen. De duiventoren op Kasteren, die in 1661 gebouwd is, is de enige duiventoren op een boerenhoeve die in Noord-Brabant bewaard is gebleven. Aan de buitenzijde is ter hoogte van de eerste verdieping een ‘marterrand’ aangebracht, een uitstekende rand in het muurwerk. Hierdoor trachtte men het binnenklimmen door kleine roofdieren te verhinderen.[6] (Foto J)

 

[1] Sanders, Kartuizers in het land van de Dommel, 160.

[2] Voor de volledige eigendomsgeschiedenis, zie Van den Oetelaar, Kartuizerhoeve Het Groot Duijfhuis, 5-7; en Sanders, Kartuizers in het land van de Dommel, 128-129, 159-162, 240-243.

[3] Over de precieze locatie van het klooster in Olland zie Sanders, Kartuizers in het land van de Dommel, 49-55.

[4] Dirven, Traditionele boerenlandschappen, 100. Zie ook www.thuisinbrabant.nl/geschiedenis/stenen-landschap/boerderijen/de-vlaamse-schuur.